Gewoon knuffelen en KVL -190

In deze rare tijd krijg ik, gek genoeg, vaak de vraag of ik nog wel knuffel met mijn man en kind.

JA!!! Volmondig JA!

Geen enkel moment heb ik daar over getwijfeld of is het in me opgekomen om het niet meer te doen. Ik vind het absoluut erg spannend als ze van 'buiten' (school, werk) komen. Ik zit ook panisch bovenop het 'handen wassen'. Maar ik vind het onmenselijk om te denken dat ik niet met mijn eigen gezinsleden mag kroelen. Dat ik ze niet kan vasthouden en geen lichamelijk contact met hen zou mogen hebben. In huis raken we ook allemaal dezelfde dingen aan en ik kan niet 24 uur per dag met een doekje rondlopen om alles te ontsmetten. Het risico van knuffelen met mijn gezin zie ik dus niet, zij kunnen mij net zo goed besmetten omdat we in hetzelfde huis wonen. 

Echter andere mensen om mij heen heb ik sinds maart 2020 niet meer vastgehouden. Als ik iemand (buiten) ontmoet, zwaai ik even aardig of werp ik een kushand toe. 

Maar ik moet bekennen dat ik één keer iemand een 'achterknuffel' heb gegeven. Afgelopen november ging ik met mijn zus wandelen in Zeist. We ontmoetten elkaar op een grote parkeerplaats en na een heerlijke wandeling met zelfs wat zonnestralen, namen we afscheid van elkaar. Op het grote, lege parkeerterrein stonden we op gepaste afstand gedag te zeggen. We keken elkaar aan. Het voelde zo leeg. 

Impulsief zei ik 'draai je om zus. We spreken af dat je niet omkijkt, beloof me dat je niet omkijkt!' En terwijl zij met haar rug naar mij toestond, sloeg ik van achteren mijn armen om haar heen. Haar handen pakte mijn gemouwde armen vast, en ik kneep haar nog een keer extra fijn. 'Oh zus, ik moet er helemaal van huilen', zei ik tegen haar met een gesmoorde stem. Al snikkend hoorde ik voor me 'ik oohoook'. 

Daar moesten we samen ook wel weer om lachen. Tranen en lachen vermengden zich met elkaar. De paar wandelaars die voorbij kwamen keken raar op van die twee grienende vrouwen op een bijna verlaten parkeerplaats. Ik als een soort kaboutertje vastgeklemd aan de rug van mijn veel grotere zus.

Toen ik toch weer anderhalf meter naar achteren liep, durfde zij zich eindelijk om te draaien. Al lachend en huilend keken we elkaar aan. 'Wat was dat fijn he, zus?'. Ik had er echt letterlijk even energie van gekregen. 

Daarna heb ik nooit meer iemand anders geknuffeld, ook geen 'achterknuffels' meer. Het blijft kaal als ik in gesprek met een vriendin ben en zij in tranen uitbarst en ik haar niet durf te troosten. Ik zou mijn ouders even willen vastpakken en mijn schoonouders. 

Maar het kan gewoon niet. Ik kan het risico niet nemen. En ik wil het risico ook niet nemen. 

Gelukkig zit de kracht van liefde niet alleen in een knuffel. Het kan een lief gebaar zijn, een kaartje of een stiekeme knipoog. Een appje om te laten weten dat je aan iemand denkt, een gezellige wandeling of een toegeworpen handkus. Of een prachtig KVL-hartje dat je wordt toegezonden ;).




Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Gewoon tien jaar en KVL -268

Gewoon vliegen!

Gewoon Spanje en KVL -267